Provincie presenteert woonvisie: haastige spoed of beter goed?

12 november 2024

Provincie presenteert woonvisie: haastige spoed of beter goed?

Er moeten zo’n 16.000 woningen bij komen in Drenthe. Daar streeft de provincie Drenthe naar in haar nieuwe woonvisie: voor elke Drent een (t)huis. Wij steunen de inzet voor meer woningen in combinatie  met een toekomstbestendige en duurzame bouw. Wel vragen we de provincie om te zorgen dat de snelheid niet ten koste gaat van kwaliteit en duurzaamheid. Wat je nu (ver)bouwt moet decennialang meegaan. Onze oproep is: zet de kwaliteit en toekomstbestendigheid bovenaan!

In oktober presenteerde de provincie Drenthe haar nieuwe woonvisie. Hierin staat hoe Drenthe de komende jaren invulling wil geven aan de vraag naar woningen. Wij onderschrijven dat we hier fors in moeten investeren maar vinden wel dat de provincie niet moet inzetten op alleen maar het meer en sneller bouwen. Daarvoor zijn vooral ook andere partijen aan zet. De rol van de provincie ligt vooral op zorg voor kwaliteit, verbetering van de bestaande voorraad en inzetten op levenloopsbestendigheid en duurzaamheid van woningen. De komende weken wordt de woonvisie besproken in de provincie.

16.000 nieuwe woningen in Drenthe

Nederland staat voor een grote opgave: de woningnood groeit. Het Rijk zet in op de bouw van 900.000 nieuwe woningen tot 2030. De Drentse ambitie is om in de periode tot 2030 ruim 16.000 nieuwe woningen te realiseren. In de Woonagenda presenteert de provincie haar visie, beleid en ambities – op basis van 3 pijlers:

  1. het versnellen van de woningbouw,
  2. wonen is meer dan een dak boven je hoofd, en
  3. toekomstbestendig bouwen.

Snelheid niet ten koste van kwaliteit en duurzaamheid

De inzet op het versnellen van de woningbouw is begrijpelijk, maar zou wat ons betreft alleen hand in hand moeten gaan met de andere twee pijlers. Snelheid zou niet ten koste moeten gaan van de kwaliteit en duurzaamheid van de woningen en van de omgeving. Dit uitgangspunt mag in deze woonvisie veel sterker naar voren komen, anders smelten deze intenties in de praktijk mogelijk als sneeuw voor de zon.

Een aandachtspunt hierbij is de regelgeving, die de provincie wil verminderen. Hier valt misschien winst te behalen, maar regie en duidelijkheid vanuit de provincie is juist hard nodig om de kaders te bewaken, zodat nieuwe woningen kwalitatief goed, passend en toekomstbestendig zijn. Woningcorporaties en de bouwsector zullen hier baat bij hebben, zonder dat dat de snelheid in de weg hoeft te staan.

Een positieve ambitie in de woonvisie is om in te zetten op een Drentse Leidraad Toekomstbestendig Bouwen, omdat een dergelijke leidraad duidelijkheid kan scheppen. Het sluit goed aan bij onze oproep eerder dit jaar: om meer actie te zetten op thema’s als circulariteit, natuurinclusief, energieneutraal en klimaatadaptief bouwen.

Behoud het Drentse landschap

Natuurlijk vraag woningbouw om ruimte. Wij omarmen dat de woonagenda de Drentse kernkwaliteiten en de ladder voor duurzame verstedelijking als uitgangspunten neemt. In de praktijk betekent dit nadruk op inbreiding, inpassing, herstructurering en transformatie.

Maar de Woonagenda biedt ook ruimte voor ‘gerichte groei in en om dorpen’. Dit staat wat ons betreft haaks op de ladder voor duurzame verstedelijking en raakt aan alle kanten de kernkwaliteiten. Vandaar onze herhaalde oproep: neem de draagkracht van het Drentse landschap, maar ook van natuur (inclusief bodem en water) en de andere Drentse kernkwaliteiten nog nadrukkelijker als uitgangspunt. Dit was ook de uitkomst van het Burgerberaad, die aan de Drentse woonagenda ten grondslag lag.

Verschillen in de regio’s

Ook vinden wij dat er rekening gehouden moet worden met regioverschillen: waar in de provincie is er nu en in de toekomst behoefte aan én ruimte voor nieuwe woningen? Voor de langere termijn wordt door de provincie een aantal van 45.000 nieuwe woningen genoemd, maar een duidelijke onderbouwing voor dit getal ontbreekt. Dit brengt wel het risico met zich mee dat gemeenten vast gaan voorsorteren op deze opgave en deze omzetten in plannen of zelfs concrete projecten. Hier dient de woonvisie dan ook duidelijke grenzen in te stellen.

Vervolg

De visie zal in november worden besproken in de Provinciale Staten. Onze bovengeschetste reactie geven wij mee aan de verschillende statenfracties die de nota mogelijk in december zullen vaststellen. Vervolgens gaat het natuurlijk vooral om de concrete uitvoering. Wij zullen ons blijven inzetten voor kwaliteit en duurzaamheid.