Sire wil het, maar waarom zouden we (goedkope en verouderde) apparaten nog repareren?

10 september 2019

Sire wil het, maar waarom zouden we (goedkope en verouderde) apparaten nog repareren?

 

Dit artikel verscheen in het Dagblad van het Noorden op 10 september 2019

Een kapot koffiezetapparaat of een trui met een gat erin? Die gaan bij de meeste Nederlanders linea recta de prullenbak of de milieustraat in. Een nieuwe campagne van Sire moet ons daarover aan het denken zetten, want veel spullen kunnen een tweede leven krijgen en dat is beter voor milieu en portemonnee. Maar hoe haalbaar is dat ideaal?

Met de ‘Waardeer het. Repareer het’-campagne wil de Stichting Ideële Reclame (Sire) mensen aan het denken zetten over de waarde van hun spullen. ,,Helaas verdwijnen veel spullen bij het afval, zeker als een product kapot gaat”, zegt directeur Lucy van der Helm. Vooral kleine huishoudelijke apparaten als koffiezetters en strijkijzers belanden snel bij het afval, net als kleding, speelgoed en koffers. ,,Waar we ooit gewend waren dingen zelf te repareren, kiezen we nu vaker voor gemak en vervangen we spullen liever als ze niet meer functioneren.”

Uit onderzoek dat Sire deze zomer heeft laten doen onder ruim 1100 volwassen Nederlanders, blijkt dat zes op de tien Nederlanders pas tot reparatie overgaan als vervangen minstens 100 euro kost. ,,Dat is doodzonde, want zo gooien we waardevolle spullen onnodig weg”, aldus Van der Helm.

Dubbele moraal

Sire wijst op de dubbele moraal die veel Nederlanders hebben. ,,Aan de ene kant zegt 79 procent van de Nederlanders hun spullen eerst te repareren en het zonde te vinden om spullen weg te gooien, maar aan de andere kant blijkt uit gegevens van MilieuCentraal dat we gemiddeld per persoon jaarlijks 18 kilo elektrisch apparaten, 15 kilo textiel en 16 kilo overige spullen als meubels en speelgoed weggooien.”

Emile Suringar van Natuur- en Milieufederatie Drenthe juicht de campagne toe. ,,Het is goed dat Sire alternatieven aandraagt voor het weggooien van spullen. Want laten we wel zijn: er verdwijnen veel te veel producten in de vuilnisbak zonder dat het nodig is.’’

Te moeilijk om zelf te repareren

We zijn nog steeds gewend om een auto naar de garage te brengen, een nieuwe zool onder een leren schoen te laten zetten en een fiets te (laten) repareren. Suringar: ,,Auto’s en fietsen zijn nog steeds zo gebouwd dat de onderdelen makkelijk kunnen worden vervangen. Bij elektrische producten is dat een stuk moeilijker.’’

Jan-Willem Lobeek van Natuur- en Milieufederatie Groningen constateert eveneens dat veel producten te complex zijn gemaakt om zelf te repareren. Hij pleit voor consumptiegoederen die makkelijker in elkaar steken. ,,Neem de Fairphone. Die is modulair opgebouwd, zodat je de onderdelen kunt vervangen.’’

Lobeek vindt het jammer dat de campagne voorbijgaat aan de productiekant. ,,Op zich vind ik het een goede campagne, maar er mag wat meer nadruk liggen op het zorgvuldig gebruik van grondstoffen. De campagne is eenzijdig gericht op het voordeel van repareren voor de consument en zijn portemonnee. Het was beter geweest als het een bredere inbedding had gekregen.’’
‘Het pimpen van een koffer maakt het leuk’

Suringar noemt het een positieve ontwikkeling dat een zaak als Mediamarkt tegenwoordig een reparatiehoek heeft ingericht, waar klanten hun kapotte apparaten kunnen laten klaarmaken. In veel plaatsen, zoals in Assen en Groningen, zijn ook laagdrempelige repaircafés waar je samen met anderen spullen kunt repareren. Kapotte kleding kun je bij een naaiatelier laten herstellen. ,,En dat zijn er ook nog kringloopwinkels en weggeefhoeken waar je producten een nieuw leven kunt geven.’’

Op dat laatste aspect vestigt Sire geen aandacht. Suringar vindt geen probleem. ,,In de campagne van Sire ligt de nadruk op het zelf repareren. Je krijgt ook te zien hoe je een koffer kunt pimpen, dan wordt zelf repareren extra leuk. Dat vind ik wel een sterk onderdeel van de campagne.’’

Bij een laptop wordt het een stuk moeilijker. Een beetje prutsen met een schroevendraaier kan zelfs funest zijn. ,,Mensen ervaren dergelijke reparaties ook als vrij duur in verhouding tot de aankoopprijs.’’

Een espressoapparaat als Swapfiets
Suringar is zeer te spreken over het fenomeen Swapfiets. De fietsen die je voor een vast bedrag per maand in bruikleen krijgt, zijn vooral in de stad Groningen niet aan te slepen. Gaat-ie stuk, dan wordt hij ter reparatie opgehaald en krijg je meteen een nieuw exemplaar. Suringar: ,,Dat zouden ze voor meer producten moeten invoeren. Dat kan ook bij een espressoapparaat. Dat betaal je alleen voor de koffie. Na een paar jaar lever je hem weer in bij de fabrikant, die hem klaarmaakt voor hergebruik. Dat is het summum van recycling.’’